Regeling bevordering schone wegvoertuigen (Rbsw)
Per 2 augustus 2021 geldt voor aanbestedende diensten de Regeling bevordering schone wegvoertuigen (Rbsw). Deze regeling vloeit voort uit de Europese Richtlijn ter bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen (2019/1161/EU), meestal Clean Vehicles Directive (CVD) genoemd. Doel van de regeling is om de markt voor schone en energie-efficiënte voertuigen door middel van publieke inkoop te bevorderen.
De Regeling verplicht aanbestedende diensten om bij Europese aanbestedingen voor wegvoertuigen, en diensten waarbij voertuigen worden ingezet zoals vuilnisdienst of post, te voldoen aan een minimumpercentage van schone en emissievrije wegvoertuigen. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen lichte en zware wegvoertuigen. De minimumpercentages zijn gekoppeld aan aankopen in 2 referentieperioden:
- Eerste referentieperiode: 2 augustus 2021 tot en met 31 december 2025
- Tweede referentieperiode: 1 januari 2026 tot en met 31 december 2030
Infographic CVD
De verschillende percentages per voertuigtype en per periode, staan weergegeven in deze infographic.
Klik op de afbeelding voor grote weergave.Bekijkt u de infographic liever in pdf? Download dan: pdf-versie van de infographic
Voor wie
De regeling geldt voor alle aanbestedende diensten, te weten overheden en semi-publieke instellingen, zoals (lucht)havens, netbeheerders, omgevingsdiensten, hoger onderwijs en energiemaatschappijen.
Reikwijdte regeling
Onder de regeling valt:
- De aanschaf, huur, huurkoop en lease van voertuigen;
- Aanbestedingscontracten voor personenvervoer;
- Servicecontracten voor openbaarvervoersdiensten, diensten voor speciaal personenvervoer over land, personenvervoer zonder dienstregeling, diensten voor ophalen van vuilnis, postvervoer over de weg, pakketvervoer, postbezorging, pakketbezorging.
Voertuigen die buiten de reikwijdte vallen
De vereisten van deze regeling zijn niet van toepassing op voertuigen die specifiek gebouwd zijn voor werkzaamheden en niet geschikt zijn voor het vervoer van passagiers of goederen. Hieronder vallen:
- Voertuigen voor het onderhoud van wegen, zoals sneeuwschuivers;
- Land- en bosbouwvoertuigen, twee- en drie en vierwielers (quads);
- Touringcars;
- Voertuigen op rupsbanden.
Daarnaast zijn de volgende voertuigen vrijgesteld, indien deze niet breed beschikbaar zijn in de markt:
- Rolstoelvriendelijke voertuigen van categorie M1;
- Mobiele kranen;
- Voertuigen specifiek ontworpen en gebouwd of aangepast om hoofdzakelijk te worden gebruikt op bouwplaatsen of in mijnen, havens of luchthavens;
- Voertuigen specifiek ontworpen en gebouwd of aangepast voor gebruik door het leger, de burgerbescherming, Brandweerdiensten en diensten belast met de handhaving van de openbare orde;
- Ambulances;
- Gepantserde voertuigen;
- Lijkwagens.
Eisen per voertuigcategorie
Auto’s en bestelbussen: voertuigcategorie M1, M2 en N1 (ook wel Light Duty Vehicles (LDV) genoemd)
- Tot en met eind 2025 moeten per aanbestedende dienst ten minste 38,5% schone auto’s en bestelbussen worden aanbesteed. In aanmerking komen emissievrije voertuigen, maar ook schone voertuigen (max 50gr CO2/km en max 80% van de RDE limietwaarden).
- Van 2026 tot en met 2030 geldt ook een minimumpercentage van 38,5%, maar dan kunnen er alleen nog emissievrije voertuigen worden aanbesteed om aan dit percentage te voldoen.
Zware voertuigen: N2,N3 (in de categorie Heavy Duty Vehicles (HDV))
- Tot en met eind 2025 moeten per aanbestedende dienst ten minste 10% schone zware wegvoertuigen (zoals vrachtwagens) worden aanbesteed. Bij schone zware wegvoertuigen gaat het om voertuigen die rijden op alternatieve brandstoffen (conform de definitie in richtlijn 2014/94/EU). Biobrandstoffen met een hoog ILUC-risico zijn uitgesloten, ook mag er niet met fossiele brandstoffen bijgemengd worden.
- Vanaf 2026 tot en met 2030 moet 15% van de zware wegvoertuigen die via Europese aanbestedingen worden ingekocht uit schone voertuigen bestaan.
Bussen: M3 (in de categorie Heavy Duty Vehicles (HDV))
- Tot en met eind 2025 moeten per aanbestedende dienst ten minste 45% van de bussen schoon zijn. Dit moet voor de helft ingevuld worden met emissievrije voertuigen. De andere helft mag worden ingevuld met voertuigen die rijden op alternatieve brandstoffen (conform de definitie in richtlijn 2014/94/EU). Uitgesloten zijn biobrandstoffen met een hoog ILUC-risico. Er mag niet bijgemengd worden met fossiele brandstoffen, wanneer biobrandstoffen of synthetische brandstoffen worden ingezet.
- Vanaf 2026 tot en met 2030 gelden dezelfde voorwaarden, maar dan is het minimumpercentage 65%. Ook hier moet de helft van dit percentage ingevuld worden door emissievrije voertuigen.
Aan de slag
- De handreiking toepassing Regeling bevordering schone wegvoertuigen bevat een toelichting op de Regeling en geeft aan hoe aanbestedende diensten het aantal aangeschafte schone voertuigen goed kunnen registreren.
- De Brochure Regeling bevordering schone wegvoertuigen (pdf) is te gebruiken voor bestuursadviseurs, beleidsmakers en inkopers om hun bestuurders te informeren op de nieuwe regeling.
- Met het Stappenplan wet- en regelgeving bij voertuiginkoop krijg je snel een overzicht van de geldende regelgeving en afspraken waarmee je rekening dient te houden bij het inkopen van voertuigen.