Beschrijving beoordelingsmethoden BPKV criteria
De Beste Prijs-Kwaliteitverhouding (BKPV) werd voor 1 juli 2016 de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI) genoemd. Er zijn honderden beoordelingsmethoden waarvan slechts een handvol in Nederland gebruikt worden. Op deze pagina worden 6 methoden kort beschreven. De voor- en nadelen van de verschillende methoden worden toegelicht in een webinar over beoordelingsmethoden.
De meeste handreikingen zijn van voor 1 juli 2016 en hanteren nog de term EMVI.
Puntensysteem of gewogen factor methode
Bij deze methode wordt de score, ook voor de prijs, uitgedrukt in punten, waarna de gewogen punten bij elkaar worden geteld (gewogen punten = score x gewicht). Vaak is het gewicht al verwerkt in het aantal punten dat maximaal gescoord kan worden. De inschrijver met het hoogste aantal punten krijgt de opdracht. Deze methode wordt in Nederland het meest gebruikt, zeker bij leveringen en diensten.
Gunnen op waarde
Bij deze methode wordt de score uitgedrukt in euro's. Dus ook voor alle kwalitatieve criteria en prestatiecriteria. De meest gebruikte schaal bij deze methode is 1-10 en het meest gebruikte scoremodel loopt lineair tussen de maximale waarde in euro's bij een 10 en een minimale waarde van € 0 bij een score van 1. Vaak worden bij een lager cijfer dan 6 de inschrijving (onterecht) ter zijde geschoven. Dat beperkt direct de schaal.
De score in euro's wordt afgetrokken van de inschrijfprijs om zo een virtuele inschrijfsom te krijgen. De laagste virtuele inschrijfsom krijgt de opdracht. Er is wiskundig geen verschil tussen het puntensysteem en gunnen op waarde. Vooral bij het aanbesteden van werken wordt deze methode gebruikt.
Prijs/kwaliteit verhouding of Value for money
Bij deze methode worden prijs en kwaliteit op elkaar gedeeld. Wie biedt de meeste waarde voor het geld? Het lastige van deze methode is dat men wel enig inzicht moet hebben in de spreiding van de scores van de kwaliteit om het gewicht te bepalen. Lopen de scores fors uiteen dan kan dit leiden tot zeer hoge prijzen. In de PIANOo handleiding staat een aangepaste versie van deze methode waarmee wel vooraf de spreiding beperkt wordt.
Laagst acceptabel bod
Bij deze methode hanteert u in eerste instantie de gewogen factor methode. U verwijdert daarna de inschrijvingen met een 'te lage' kwaliteitsscore en vervolgens kiest u de inschrijving met de laagste prijs. De methode vereist wel enig inzicht in de kwaliteitsscore waaronder u de inschrijvingen ter zijde legt. Dit kan ook de gemiddelde kwaliteitsscore zijn.
De Europese Commissie gebruikt deze methode vrij regelmatig, maar in Nederland gebruiken aanbestedende diensten deze methode zelden.
Budget methode
Als u met een vaste prijs werkt dan gunt u uitsluitend op BPKV criteria. De budgetmethode is in feite geen beoordelingsmethode want het zegt niets over het beoordelen van de BPKV criteria. Daarvoor moet u nog 'gewoon' een van de genoemde methoden kiezen.
EMVI-Superformule
Met de EMVI-Superformule (nu: BPKV) is het mogelijk om op basis van eigen referenties voor kwaliteit en prijs de beste EMVI te selecteren. Deze methode houdt heel nadrukkelijk ook rekening met de kwaliteit die al in eisen zit.
Om de superformule te kunnen gebruiken moet u de verhouding tussen kwaliteit in eisen en kwaliteit in wensen bepalen, Verder moet u een referentieprijs, een referentiekwaliteit en de prijs voor de maximale kwaliteit (= beschikbare budget) vaststellen.
Dossier: EMVI-Superformule