Tijdelijke opvang 80 Oekraïense vluchtelingen hoeft niet aanbesteed (week 21)
Aanbestedingsplicht
Het project Meijelseweg in de gemeente Leudal voorziet in de bouw van twintig tijdelijke, modulaire woningen om 80 Oekraïense vluchtelingen te huisvesten. Flexhotels stelt dat het project een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht is. Met de gemeente is de rechter van oordeel dat geen sprake is van een gemengde opdracht. De uitgifte in erfpacht van de aan te kopen grond aan Wonen Zuid is evenmin een aanbestedingsplichtige opdracht in de zin van de Aw 2012, omdat die uitgifte niet de inkoop van een werk, een levering of een dienst betreft. De aannemingsovereenkomst, is voor de gemeente evenmin een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht, omdat de opdracht daartoe aan C3 niet zal worden verstrekt door de gemeente, maar door Wonen Zuid. (ECLI:NL:RBLIM:2024:2481, Rechtbank Limburg, Datum uitspraak 16 mei 2024, Datum publicatie 24 mei-2024)
Feiten en omstandigheden
Flexhotels stelt dat zij zeer recent op de hoogte is geraakt van het project Meijelseweg. Dat project voorziet in de bouw van twintig tijdelijke, modulaire woningen om 80 Oekraïense vluchtelingen te huisvesten. Flexhotels stelt dat het project Meijelseweg in strijd is met de regels van de Aw 2012. Zij voert daartoe het volgende aan. Het project Meijelseweg is, volgens Flexhotels, een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht, nu de opdracht eruit bestaat dat bij wijze van maatschappelijke dienstverlening onderdak wordt verschaft in door de gemeente te huren tijdelijke huisvesting voor Oekraïense vluchtelingen. Het oordeel van de rechter:
Niet het voorwerp van een aanbesteding
“De voorzieningenrechter is van oordeel dat de “realisatie van tijdelijke huisvesting voor de Oekraïense vluchtelingen door de levering en plaatsing van modulaire woningen en daarbij behorende noodzakelijke (maatschappelijke) diensten” of “het geheel van contractuele betrekkingen”, zoals Flexhotels stelt, als zodanig niet het voorwerp van aanbesteding kan zijn, omdat het moet gaan om een overheidsopdracht voor werken, leveringen of diensten.”
Geen gemengde opdracht
“Met de gemeente is de voorzieningenrechter voorts van oordeel dat geen sprake is van een gemengde opdracht als bedoeld in artikel 1.12 Aw 2012. De verwerving van grond van Focez is immers geen overheidsopdracht in de zin van de Aw 2012, omdat deel 2 daarvan niet van toepassing is op de verwerving van grond, bestaande gebouwen of andere onroerende zaken of de betreffende rechten hierop. De uitgifte in erfpacht van de aan te kopen grond aan Wonen Zuid is evenmin een aanbestedingsplichtige opdracht in de zin van de Aw 2012, omdat die uitgifte niet de inkoop van een werk, een levering of een dienst betreft. De met C3 te sluiten aannemingsovereenkomst, is voor de gemeente evenmin een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht, omdat de opdracht daartoe aan C3 niet zal worden verstrekt door de gemeente, maar door Wonen Zuid.”
Bestaande gebouwen
“Partijen twisten met name over de vraag of op de huurovereenkomst die de gemeente voornemens is te sluiten met Wonen Zuid, en die als sluitstuk van het project Meijelseweg heeft te gelden, een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht in de zin van de Aw 2012 is. Die discussie spitst zich in het bijzonder toe op de vraag of de uitzondering van artikel 2.24 onder b Aw 2012 van toepassing is, te weten de (voorgenomen) huur door de gemeente van een bestaand gebouw. De voorzieningenrechter overweegt daaromtrent het volgende. Onder “bestaande gebouwen” moeten ook worden begrepen gebouwen die nog gerealiseerd moeten worden en waarbij de “aanbestedende dienst” een (van) de huurder(s) is. Van de huur van onroerende zaken is geen sprake meer, en van een aanbestedingsplicht is pas sprake, indien de aanbestedende dienst eisen stelt aan het nog te realiseren gebouw die verder gaan dan de eisen die een huurder normaal aan nieuwbouw stelt, of indien de aanbestedende dienst beslissende invloed uitoefent of het ontwerp van het realiseren gebouw (vgl. de jurisprudentie van het Hof van Justitie Köln-Messe (C-536/07) en Impresa Pizzarotti (C-213/13)).”
Kale huur
“Weliswaar heeft Flexhotels, onder verwijzing naar onder meer het als productie 50 overgelegde advies van B&W van 11 juli 2023 en de als productie 56 overgelegde mail van C3 van 8 november 2023, aangevoerd dat de eisen die gemeente aan de nog te realiseren wooneenheden stelt, verder gaan dan de eisen die een huurder normaal aan nieuwbouw stelt, maar de gemeente heeft dit gemotiveerd betwist. De gemeente stelt dat zij de wooneenheden in lege staat van Wonen Zuid zal gaan huren, zodra deze zijn geplaatst en feitelijk beschikbaar zijn. Daarnaast stelt de gemeente dat zij geen aanvullende diensten van Wonen Zuid afneemt, hetgeen in de richting van kale huur wijst. Binnen het bestek van dit kort geding kan niet worden beoordeeld of het standpunt van Flexhotels juist is. Onvoldoende is immers gebleken dat de gemeente zodanige (technische) eisen heeft gesteld die met zich brengen dat de gemeente beslissende invloed uitoefent op de kenmerken die de huisvesting moet hebben. Daarvoor is nadere bewijslevering nodig, waarvoor in dit kort geding geen plaats is. Dat betekent dat er in het kader van dit kort geding voorshands van moet worden uitgegaan dat sprake is van kale huur van een bestaand gebouw. Dit leidt de voorzieningenrechter tot de conclusie dat de opdracht van de gemeente daarom onder de uitzondering van artikel 2.24 onder b Aw 2012 valt en niet aanbestedingsplichtig is.”
(VdLC publishers/consultants BV, 29 mei 2024)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl