Bouwplaats Meeuwenplaat: voorbeeld voor de toekomst
Niet alleen snel en met minimale hinder, maar ook zo duurzaam mogelijk. Dat waren de aanbestedingswensen van de gemeente Rotterdam voor het vervangen van rioleringen, kabels en leidingen in de wijk Meeuwenplaat te Hoogvliet. Na de gunning zocht de gemeente samen met de verkozen aannemer naar manieren om de bouwplaats van het project verder te verduurzamen. ‘Daar zijn altijd mogelijkheden voor – zelfs als alle afspraken al gemaakt zijn.’ (Buyer Groups, februari 2022)
Om de riolering, kabels en leidingen in Hoogvliet te vervangen, moest de straat opengebroken worden. ‘Een normale ingreep,’ vertelt Ad Bruijns, bedrijfsleider bij aannemer Dura Vermeer Infra. ‘Maar wel een klus met verschillende opdrachtgevers. Gemeente Rotterdam beheert de riolering, Stedin de kabels en Evides de waterleidingen. Om overlast voor weggebruikers en buurtbewoners te minimaliseren, deden we alles in één keer. Zo hoefde de straat niet meermalen open.’
Dura Vermeer Infra stuurde het project aan vanaf haar centrale bouwplaats Meeuwenplaat. ‘Daar hebben we ook – samen met de gemeente – de duurzame insteek van het project uitgebreid.’
Creatieve invulling
‘Bijzonder aan die uitbreiding was onder andere dat het ná de gunning plaatsvond’, zegt Cor Luijten, adviseur bij gemeente Rotterdam en deelnemer van de Buyer Group zero emissie bouwmaterieel. Hij benaderde Bruijns niet lang nadat het contract met Dura Vermeer Infra getekend was. Luijten: ‘Dat was een RAW-contract, waarin alles volgens regelgeving was omschreven. Bijvoorbeeld de planning, het budget en de hoeveelheid materiaal. Maar er was nog wel ruimte om duurzame elementen toe te voegen.’
Dat die elementen niet direct in het contract waren opgenomen, is volgens Luijten niet zo gek. ‘Projecten zijn tegenwoordig zo veel omvattend dat we aan het leren zijn om projecten zo integraal mogelijk aan te pakken en te realiseren. Duurzaamheid kan ook door de snelheid waarmee het project moet worden uitgevoerd op de achtergrond raken. Maar door als opdrachtgever en -nemer het gesprek met elkaar aan te gaan, kan je een project toch op een creatieve, effectieve manier duurzamer en efficiënter maken.’
Besparen als fundering
‘Wat duurzaamheid betreft, zat de grootste winst in het funderingsmateriaal voor de riolering’, zegt Bruijns. Zijn bedrijf zou dat materiaal normaal gesproken naar een erkend verwerker brengen – op zo’n 20 kilometer afstand. ‘Die zou het dan geschikt maken en vernieuwen voor hergebruik. We zouden dan weer nieuw materiaal terugnemen. Nu kozen we ervoor om de funderingen al op onze centrale bouwplaats te vernieuwen. Dat scheelde enorm in het transport, in het materiaal én in de kosten. Zo drongen we de CO2-uitstoot flink terug.’ Luijten: ‘Als gemeente vonden we dat een goede oplossing – onder voorwaarde, natuurlijk, dat de vernieuwde funderingen aan alle kwaliteitseisen zouden voldoen. Gelukkig kwamen ze goed door de kwaliteitscontrole.’
Toenemende bewustwording
Duurzaamheid kreeg ook op andere manieren aandacht. ‘Op de bouwkeet installeerden we zonnepanelen om onszelf van stroom te voorzien’, vertelt Bruijns. ‘Bij dit project beviel ons dat zo goed, dat we dit in de toekomst standaard bij onze bouwketen willen doen.’ Daarnaast koos het bedrijf voor kleinere en waar mogelijk elektrische machines. Luijten: ‘Dat scheelde al CO2-uitstoot. En die kleinere machines waren ook nog eens voorzien van een start-stopsysteem. Daardoor draaiden de motoren niet onnodig. Een simpele maatregel die ook bijdroeg aan de bewustwording van iedereen die met de machines werkte. Zij merkten dat de machines telkens stopten als ze niet gebruikt werden en dachten dan vaak weer even: 'Dit is om uitstoot te beperken.'
Om de CO2-uitstoot nog verder terug te dringen, scheidde Dura Vermeer Infra het afval beter en werd er meer materiaal hergebruikt. Ook bedacht het bedrijf een andere asfaltconstructie. ‘Hiermee konden we met een dunnere laag dan oorspronkelijk gepland dezelfde kwaliteit leveren. En dat scheelt aanzienlijk in primaire grondstoffen’, vertelt Bruijns.
Gesprekken aangaan
‘Er zijn ook ingrepen voor meer duurzaamheid die natuurlijk niet gratis zijn’, zegt Luijten. ‘De aanschaf van zonnepanelen en elektrisch bouwmaterieel is bijvoorbeeld een investering. En sowieso gaat alles elektrisch krijgen niet zonder slag of stoot. Vooral voor het grote bouwmaterieel is er op dat vlak nog een weg te gaan.’ Hij tempert de verwachtingen. ‘Het is niet realistisch dat bouwplaatsen, -processen en -materialen op de korte termijn volledig emissieloos zijn. Maar met bouwplaats Meeuwenplaat hebben we wel stappen in die richting hebben gezet. Zo tonen we aan dat ook kleine oplossingen een goede bijdrage leveren aan het terugdringen van je uitstoot.’
Dura Vermeer Infra en gemeente Rotterdam hebben bovendien laten zien dat dit soort stappen ook ná gunning van een contract mogelijk zijn. Luijten: ‘Voor aannemers blijft het een puzzel om ruimte te vinden voor duurzaamheid. Zeker omdat ze ook met allerlei andere zaken rekening moeten houden: de tijdsdruk, minimale overlast voor de buurt en zo weinig mogelijk kosten. Maar we hebben laten zien dat die puzzel wél goed te leggen valt, door samen in alle openheid de mogelijkheden te bespreken – of dat nu voor of na de gunning is. Hierbij is wederzijds respect en waardering voor elkaar een belangrijk professioneel kenmerk. Wanneer wordt aangegeven dat als iets niet kan, om welke reden dan ook, dan moet dat ook geaccepteerd worden.’
Bruijns: ‘Het is belangrijk om in die gesprekken echt alles bespreekbaar te maken, elk idee te kunnen opperen – hoe klein ook. Kleine ideeën kunnen evengoed tot successen leiden.’ Sommige suggesties voor toekomstige projecten zijn ook veelbelovend, stelt hij. ‘Verschillende bedrijven zouden bijvoorbeeld hun projecten vanaf dezelfde bouwplaats kunnen regelen – met gedeelde oplaadvoorzieningen en waar mogelijk gezamenlijk transport.’
Ook Luijten is enthousiast over dat idee. En benadrukt daarnaast hoe belangrijk het is verhalen te delen. ‘Succesverhalen als dit. Die laten andere opdrachtgevers en aannemers zien hoeveel er mogelijk is. En sporen hen aan om óók het gesprek over duurzaamheid aan te gaan.’
De Buyer Groups zijn een initiatief vanuit het Rijk, IPO, VNG en UVW en liggen in het verlengde van de Green Deal Circulair Inkopen en de leernetwerken van 2018 en 2019.