Geen sprake van irreële inschrijving (week 22)
Beoordeling van de kwaliteit | irreële inschrijving
De Staat heeft een aanbestedingsprocedure georganiseerd voor de inzet en dienstverlening van een Handheld Detectie Systeem (HDS) dat het vasthouden van een MEA (mobiel elektronisch apparaat) door de bestuurder van een bewegend voertuig detecteert. One Task en CS zijn de twee inschrijvers met de economisch meest voordelige inschrijving en de Staat is voornemens met hen een raamovereenkomst te sluiten. De Combinatie is als derde in rangorde geëindigd. De Combinatie stelt dat One Task haar inschrijving niet waar kan maken. De rechter vindt dat niet aannemelijk is geworden dat van een irreële inschrijving van One Task sprake is en voor toewijzing van de primaire vorderingen bestaat dan ook geen grond. (ECLI:NL:RBDHA:2024:8341, Rechtbank Den Haag, Datum uitspraak 29 mei 2024, Datum publicatie 31 mei 2024)
Feiten en omstandigheden
De Staat heeft (ten behoeve van het Openbaar Ministerie (OM)) een Europese niet-openbare aanbestedingsprocedure georganiseerd voor de inzet en dienstverlening van een Handheld Detectie Systeem (HDS) dat het vasthouden van een MEA (mobiel elektronisch apparaat) door de bestuurder van een bewegend voertuig detecteert, de bijbehorende informatie registreert en een “Kandidaat-overtreding” naar de “Verwerkende Instantie” (het CJIB) stuurt. Bij brief van 26 februari 2024 heeft de Staat de voorlopige gunningsbeslissing aan de Combinatie medegedeeld. In de brief staat dat One Task en CS de twee inschrijvers zijn met de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de beste prijs/kwaliteitverhouding en dat de Staat voornemens is met hen een raamovereenkomst te sluiten. De Combinatie is als derde in rangorde geëindigd. Uit de in de brief opgenomen tabel blijkt dat One Task op alle onderdelen van Wens 2 de maximale score heeft behaald. De Combinatie vordert de gunningsbeslissing in te trekken en ingetrokken te houden en de Staat te verbieden de gunningsbeslissing te effectueren. Het oordeel van de rechter:
Geen sprake van een irreële inschrijving
“Van een irreële inschrijving is sprake als op voorhand vast staat dat een inschrijver haar inschrijving niet waar kan maken. Volgens de Combinatie is dat bij One Task het geval. In de dagvaarding stelt de Combinatie zich daarbij uitdrukkelijk op het standpunt dat – gezien de maximale score van One Task op Wens 2 – de kwaliteit van de door One Task aangeleverde foto’s perfect en foutloos is en dat One Task er gedurende de looptijd van de overeenkomst niet in zal slagen – zoals wel is vereist – telkens foto’s aan te leveren die niet slechter van kwaliteit zijn dan de foto’s die One Task in haar inschrijving aanleverde. Dit betoog van de Combinatie gaat mank. De foto’s van One Task zijn als goed beoordeeld en dus niet als perfect, zoals de Combinatie suggereert of veronderstelt. De Staat heeft, zo blijkt uitdrukkelijk uit het Beschrijvend document en bijlage E bij het Beschrijvend document ook geen perfecte foto’s uitgevraagd. De beoordeling van de bij inschrijving ingeleverde foto’s van One Task leidt er dus niet toe dat zij bij de uitvoering van de raamovereenkomst gehouden is telkens ‘perfecte’ foto’s aan te leveren. Alleen al gelet hierop kunnen de stellingen van de Combinatie niet leiden tot de conclusie dat aannemelijk is dat One Task haar inschrijving niet waar kan maken, aangezien die stellingen volledig zijn gebaseerd op het uitgangspunt dat One Task gedurende de looptijd van de overeenkomst perfecte foto’s moet aanleveren.”
Niet volledig als goed beoordeeld
“In dit verband is overigens nog relevant dat de foto’s van One Task niet volledig als goed zijn beoordeeld, zoals blijkt uit de in de pleitnota van One Task opgenomen beoordeling van Wens 2A, maar dat zij door de in de aanbestedingsdocumenten omschreven afronding van cijfers wel op alle onderdelen een afgeronde score ‘goed’ heeft behaald. Bovendien heeft ook de Combinatie zo goed als de maximale score behaald. Blijkbaar zijn zowel One Task als de Combinatie er in geslaagd bij inschrijving ‘goede’ foto’s in te leveren. Dat betekent niet – gelet op het duidelijk omschreven beoordelingskader –die foto’s ‘perfect’ waren en evenmin dat een irreële inschrijving is gedaan. Dat One Task er niet in zal slagen gedurende de looptijd van de overeenkomst telkens ‘goede’ foto’s aan te leveren heeft de Combinatie niet aannemelijk gemaakt, hetgeen wel op haar weg had gelegen. De verwijzing van de Combinatie naar haar eigen ‘jarenlange’ ervaring en de beperkte ervaring van One Task en de verwijzing naar de volgens de Combinatie lage prijs waarmee One Task heeft ingeschreven volstaan in dat verband niet. De stellingen zijn louter suggestief en onvoldoende geconcretiseerd.”
Slotsom is dat niet aannemelijk is geworden dat van een irreële inschrijving van One Task sprake is en voor toewijzing van de primaire vorderingen bestaat dan ook geen grond. Ook de meer subsidiaire vorderingen komen niet voor toewijzing in aanmerking. Zoals uit het vorenstaande al volgt is er geen sprake van objectieve omstandigheden die aanleiding geven tot twijfel over het realiteitsgehalte van de inschrijving van One Task.
(VdLC publishers/consultants BV, 5 juni 2024)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl