Schoon en emissieloos baggeren
Duurzaam baggeren?! Ja, dat kan zeker wel. In een serie van 5 artikelen maak je kennis met de uitvoeringspraktijk van diverse waterbeheerders en aanverwante marktpartijen. Zij vertellen over wat zij doen aan de verduurzaming van hun baggerpraktijk. Dat gebeurt in het verlengde van de al eerder verschenen marktvisie en inkoopstrategie van de Buyer Group Duurzaam Baggeren. (september 2024)
Jasper van Gestel van Waterschap Rivierenland en Harm-Jan Wilzing van de provincie Groningen vertellen over hun ervaringen met het toepassen van de marktvisie en het gebruik van Hydrotreated Vegetable Oil (HVO) en de kunst van zero-emissie.
Waarom duurzaam baggeren
In het Klimaatakkoord – de Nederlandse uitwerking van het Parijsakkoord – zijn afspraken gemaakt om in aanloop naar en in 2030 zo volledig mogelijk klimaatneutraal en circulair te werken in projecten in de Grond- Weg- en Waterbouwsector (GWW) en dus ook in baggerwerkzaamheden. Dit sluit aan bij de beleidsafspraken rondom het schone lucht akkoord en reductie van stikstofoxides. De ambities voor een klimaatneutrale en circulaire infrastructuur zijn door het merendeel van de overheden (Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten) overgenomen in hun eigen beleidskaders. Zo heeft Waterschap Rivierenland dit verwerkt in het Waterbeheerprogramma 2022-2027 en heeft provincie Groningen dit toegevoegd aan de Klimaatagenda Provincie Groningen 2030.
Om een realistisch beeld te geven van de tempo van de transitie naar een duurzaam baggerpraktijk, zijn er transitiepaden ontwikkeld. Het kader voor deze transitiepaden is onder andere terug te vinden in het Rijksprogramma Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur (KCI).
Transitiepaden maken stappen concreet
“De transitiepaden maken heel concreet duidelijk welke stappen je het best kan nemen naar een duurzamere aanpak, in een tempo dat ook door de markt goed gevolgd kan worden”, legt Van Gestel uit. Wilzing vult aan, “De Buyer Group Duurzaam Baggeren (waar Van Gestel en Wilzing lid van zijn) heeft deze transitiepaden als uitgangspunten genomen voor het opstellen van een marktvisie voor duurzaam baggeren. Naast eisen rondom emissienormen voor brandstofmotoren leunt het transitiepad op de eerste jaren sterk op de inzet van Hydrotreated Vegetable Oil (HVO) als duurzame vervanger van conventionele diesel.” Zowel Rivierenland als de provincie Groningen gebruiken de marktvisie en stimuleren, via hun aanbestedingsbeleid, opdrachtnemers om duurzame brandstoffen in te zetten.
Marktvisie en inkoopstrategie duurzaam baggeren
De Marktvisie en inkoopstrategie duurzaam baggeren is een document voor en door waterbeheerders dat toelicht hoe aanbestedingsbeleid gebruikt kan worden voor de reductie van broeikasgassen en stikstof bij baggerprojecten. Het document maakt duidelijk wat er nu al kan, maar geeft ook een beeld van de ontwikkelingen die de komende jaren nodig zijn voor meer circulair en nog klimaatbewuster baggerwerk. Het is opgesteld door de Buyer Group Duurzaam Baggeren. Naast dat het handvatten geeft aan (publieke) opdrachtgevers, geeft het ook een investeringsperspectief aan marktpartijen door duidelijkheid te geven welke kant opdrachtgevers op willen gaan. De Marktvisie en Inkoopstrategie is opgesteld door 12 regionale waterbeheerders (gemeenten, provincies en waterschappen) in nauwe samenwerking met Rijkswaterstaat.
Hydrotreated Vegetable Oil (HVO) als norm
Bij Rivierenland is, net als bij de provincie Groningen, het gebruik van HVO de norm geworden. HVO bevat naast de plantaardige oliën ook oliën die geproduceerd worden uit afval, restoliën en vetten, zoals afgewerkt frituurvet. HVO brandstof is dus géén fossiele brandstof en is daarom een zogenoemde renewable biobrandstof.
HVO is geschikt voor elke dieselmotor en komt in verschillende mengvormen voor. HVO100 bevat 100% Hydrotreated Vegetable Oil en HVO20 slechts 20%. Vanwege de beperkte grondstoffen en een relatief ingewikkeld productieproces kunnen de kosten van HVO-biobrandstoffen hoger zijn dan fossiele diesel. “Toch merken we hier in de praktijk inmiddels weinig meer van. Inschrijvers op onze baggerprojecten kunnen korting krijgen op de inzet van HVO en andere duurzame energiedragers. Op de inzet van fossiele diesel leggen we een soort van boete. Inmiddels is het prijseffect te verwaarlozen. Mede om die reden hebben we onlangs het kortingspercentage voor HVO verder verlaagd. In de laatste aanbesteding was het maximaal te halen gunningsvoordeel voor HVO100 nog maar iets van 3% van de totale inschrijfsom”, aldus Van Gestel.
Tips
Tips voor schoner en meer emissieloos baggeren:
- Neem het basisniveau uit de marktvisie over als minimumeis in je aanbestedingsstukken.
- Neem bij langjarige contracten de aanscherping van de eisen in de tijd mee.
- Gebruik tools zoals Milieu Kosten Indicator of Meetlat Materieelinzet om keuzes voor emissie-arm materieel te stimuleren.
- Zorg voor een duidelijke communicatie richting de marktpartijen wat ze de komende jaren kunnen verwachten ten aanzien van maatregelen gericht op emissie reductie.
- Monitor tijdens de uitvoering van de opdracht de emissies en gebruik deze data voor evaluaties en rapportages
De voors en tegens van HVO
Het gebruik van HVO is niet geheel onomstreden. Daarom zetten we de voor- en nadelen nog even voor je op een rij:
Voordelen:
- Naast het feit dat het bijdraagt aan de klimaatdoelstellingen, is een groot voordeel van deze vorm van bio-energie dat het in bestaand materieel kan worden toegepast.
- Een verantwoorde productie van biobrandstoffen kan, in rurale arme gebieden, bijdragen aan sociale ontwikkeling en voedselzekerheid in deze gebieden (interview Bioenergie: zo gek nog niet). Dat komt omdat bewoners van deze gebieden vaak arm zijn. Zij bezitten wel land, maar hebben niet (de toegang) tot middelen om het te ontwikkelen. Door op een verantwoorde wijze te investeren in een systeem, landbouw en infrastructuur, kan zo’n gebied zich ontwikkelen. Zo kan voedselzekerheid gecreëerd worden en daarna kunnen gewassen worden geproduceerd voor de productie van biobrandstoffen.
Nadelen:
- Hoewel de CO2-emissie laag is, gaat de emissie van NOX en fijnstof niet omlaag.
- Als HVO wordt geproduceerd van palmolie of van het afval van de productie van palmolie, kan het bijdragen aan ontbossing en hoge CO2-emissies. Mede daarom mag van de EU sinds 2023 steeds minder palmolie worden bijgemengd, tot in 2030 het percentage palmolie tot nul is teruggebracht.
- Organisaties zoals de Milieudefensie roepen op terughoudend te zijn met de inzet van biobrandstoffen omdat de juiste grondstoffen (deze zijn ISCC-EU gecertificeerd en voldoen aan de EU richtlijnen voor de productie en verwerking van biomassa) beperkt beschikbaar zijn. De Nederlandse Emissie Autoriteit (de NeA) van de overheid ziet toe op naleving van de EU regels welke vastgelegd zijn in de Renewable Energy Directive.
Van HVO naar zero-emissie
“Omdat HVO in elke dieselmotor kan worden (bij)getankt is de transitie naar een klimaatneutrale en duurzame infra ook toegankelijk voor de aannemers waar wij mee werken. Zij kunnen hun bestaande materieel hier makkelijk voor gebruiken”, vertelt Wilzing.
“Met het gebruik van HVO100 dragen onze opdrachtnemers en wij nu al op een effectieve manier bij aan de klimaatdoelstellingen”, merkt Van Gestel op. “De volgende stap is van emissie-arm naar zero-emissie. Vooralsnog komt dit in onze sector nog maar langzaam op gang, ondanks dat we dit wel (financieel) stimuleren. Waar de inzet van HVO100 materieel nog maar 3% gunningsvoordeel op kan leveren, kan bij de inzet van elektrisch materieel tot nog wel 20% gunningsvoordeel worden verkregen. Het punt is alleen dat het, zeker voor de zwaardere machines, nog niet zo makkelijk is. Niet alleen de leverbaarheid kan een knelpunt zijn, het vergt ook flinke investeringen en soms zelfs een versnelde afschrijving van het bestaand materieel. Dan is er ook nog eens het probleem van laadvoorzieningen. Iets wat zeker geld voor baggerwerkzaamheden in het landelijke gebied. Voor de gehele energietransitie, en dus ook die in het baggerwerk, geldt dat we hem samen moeten doorlopen. Wij als opdrachtgevers jagen aan, maar de markt moet wel op een verantwoorde wijze kunnen volgen.”
“En, vult Wilzing aan, daar waar wij te langzaam gaan, worden we wel door de markt geïnspireerd met goeie voorbeelden. Toch verwachten we dat voor het merendeel van de baggerwerkzaamheden het gebruik van HVO nog wel even de norm blijft. Dat er al wel het nodige in ontwikkeling is richting zero-emissie en de ene regio hier sneller in gaat dan de andere valt te lezen in de andere artikelen van deze serie.
Circulair Baggeren
Schoon en emissieloos baggeren is één van de facetten van Duurzaam Baggeren. Een andere, misschien nog wel belangrijkere, is circulair baggeren. Nu bestaan er verschillende definities over wat circulair baggeren is. Een belangrijk aspect is er voor te zorgen dat zo min mogelijk met de bagger gesleept moet worden, dat kan vaak een hoop energie (brandstof) besparen. Het promotiefilmpje op de webpagina van de Buyer Group Duurzaam Baggeren heeft hier een voorbeeld van.
Serie van 5 artikelen
Dit artikel is er 1 uit een serie van 5. In het artikel De SEB-kracht van meerjarige baggercontracten lichten we praktijkvoorbeelden toe waar al wel zero-emissie materieel wordt gebruikt. In het artikel over monitoring en toetsing licht onder andere Van Gestel toe hoe Rivierenland de inzet van schoon en emissieloos en -arm materieel waardeert bij de inschrijvingen op hun aanbestedingen. En hoe ze de naleving toetsten. De andere artikelen zijn:
- De SEB-kracht van meerjarige baggercontracten
- Contractbeheersing van SEB-maatregelen
- Implementatie van SEB in baggerwerken
- Laadinfra bij baggerwerken (verwacht in oktober 2024)
Dit artikel is tot stand gebracht door de Buyer Group Duurzaam Baggeren en PIANOo. Een Buyer Group is een samenwerking van publieke opdrachtgevers met een gedeelde marktvisie op het verduurzamen van een product of dienst. Zij passen deze ook toe in hun eigen inkooppraktijk. De marktvisie en inkoopstrategie zijn getoetst bij marktpartijen en kennen een breed draagvlak. Met deze aanpak stimuleert de Buyer Group de markt om duurzame oplossingen te ontwikkelen die passen bij een concrete, breed gedragen ambitie. Voor de artikelen is tevens gebruik gemaakt van informatie en ondersteuning vanuit; Cumela, Unie van Waterschappen, CROW, Rijkswaterstaat, Vereniging van Waterbouwers en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.