Aanbestedingsinstituut houdt aanbestedende diensten scherp op tendervergoeding
Overheden die een aanbesteding organiseren, moeten zich ervan bewust zijn dat zij daarmee kosten oproepen bij bedrijven. Het is hun taak om ervoor te zorgen dat die kosten proportioneel zijn. Stichting Aanbestedingsinstituut Bouw en Infra constateert dat niet alle opdrachtgevers hiernaar handelen.
Het Aanbestedingsinstituut onderzoekt onder andere of aanbestedingen correct verlopen. Terugkerend aandachtspunt zijn de kosten die bedrijven moeten maken voor aanbestedingen. Aanbestedende diensten moeten ervoor zorgen dat de kosten in verhouding staan tot de aard en omvang van de opdracht. Is dat niet het geval, dan wordt van hen verwacht dat ze een tegemoetkoming in de kosten geven. In het verleden ging dat vaak mis, er kwamen veel klachten over. Daarom is in 2018 een handreiking Tenderkostenvergoeding opgesteld door opdrachtgevers en opdrachtnemers.
Tenderkostenvergoeding
Uitgangspunt van de handreiking is dat standaardkosten voor het uitbrengen van een offerte voor rekening van de ondernemer zijn. Naarmate de gevraagde inzet groter is ten opzichte van de omvang van de opdracht en de kans deze te winnen, is een tegemoetkoming op zijn plaats. Een tabel in de handreiking geeft aan wanneer een tenderkostenvergoeding verplicht is, sterk wordt geadviseerd of doorgaans niet nodig is. Het Aanbestedingsinstituut constateert dat niet alle opdrachtgevers de handreiking volgen.
In verband met auteursrechtelijke bescherming is alleen een inleiding/ samenvatting van dit artikel beschikbaar.
Lees het volledige artikel op bouwendnederland.nl