Rijkswaterstaat mag aanbesteding niet intrekken (week 5)
Intrekking aanbesteding | beoordelingsmethodiek
Rijkswaterstaat (RWS) heeft een Europese niet-openbare aanbestedingsprocedure georganiseerd voor het variabel onderhoud van werktuigbouwkundige onderdelen van de Haringvlietsluizen. SPIE, Vialis en Dura Vermeer hebben vervolgens, nadat zij daartoe door RWS waren geselecteerd, op de Opdracht ingeschreven. Op 4 juli 2024 heeft RWS bekend gemaakt dat de inschrijving van SPIE is gekwalificeerd als de inschrijving met de beste prijs-kwaliteitverhouding. Op 17 september 2024 heeft RWS aan de inschrijvers kenbaar gemaakt dat de aanbestedingsprocedure wordt ingetrokken. SPIE maakt bezwaar tegen de intrekking. De rechter vindt dat van het door RWS gestelde gebrek in de aanbestedingsprocedure geen sprake is. Dit betekent dat het RWS niet vrijstond om de aanbestedingsprocedure in te trekken. (ECLI:NL:RBDHA:2024:22893, Rechtbank Den Haag, datum uitspraak 4 december 2024, datum publicatie 31 januari 2025)
Feiten en omstandigheden
“RWS heeft een Europese niet-openbare aanbestedingsprocedure georganiseerd voor het variabel onderhoud van werktuigbouwkundige onderdelen van de Haringvlietsluizen. SPIE, Vialis en Dura Vermeer hebben vervolgens, nadat zij daartoe door RWS waren geselecteerd, tijdig op de Opdracht ingeschreven. Op 4 juli 2024 heeft RWS bekend gemaakt dat de inschrijving van SPIE is gekwalificeerd als de inschrijving met de beste prijs-kwaliteitverhouding en dat RWS voornemens is om de Opdracht aan SPIE te gunnen. Op 23 augustus 2024 heeft RWS aan de inschrijvers bericht dat hij de voorlopige gunningsbeslissing van 4 juli 2024 intrekt en voornemens is over te gaan tot een herbeoordeling van alle inschrijvingen door een nieuw beoordelingsteam. Op 17 september 2024 heeft RWS aan de inschrijvers kenbaar gemaakt dat de aanbestedingsprocedure wordt ingetrokken. Op 23 september 2024 heeft SPIE bij het Klachtenmeldpunt een klacht ingediend tegen het besluit tot intrekking van de aanbestedingsprocedure. In haar klachtbrief stelt SPIE dat naar haar mening van een gebrek in de aanbestedingsprocedure geen sprake is en er geen beletsel bestaat om de Opdracht op basis van de doorlopen aanbestedingsprocedure aan haar te gunnen. Daarnaast stelt SPIE dat een heraanbesteding niet mogelijk is, omdat bij een heraanbesteding haar belangen op onaanvaardbare wijze zullen worden geschaad vanwege het feit dat de andere inschrijvers door de motivering van de voorlopige gunningsbeslissing inhoudelijk kennis hebben genomen van belangrijke onderdelen van haar inschrijving. Als gevolg van dit kennis- en informatievoordeel en de omstandigheid dat er geen mogelijkheid is om de Opdracht wezenlijk te wijzigen, zal volgens SPIE in het kader van een heraanbesteding van een gelijk speelveld geen sprake meer zijn. Het Klachtenmeldpunt heeft bij brief van 3 oktober 2024 de klacht van SPIE van 23 september 2024 ongegrond verklaard. SPIE vordert RWS te gebieden het besluit van 17 september 2024 tot intrekking van de aanbestedingsprocedure in te trekken. Het oordeel van de rechter:
Geen sprake van onduidelijkheid
“Met SPIE en Vialis constateert de voorzieningenrechter dat van de door RWS in het intrekkingsbesluit geconstateerde onduidelijkheid over de doelstellingen, de subcriteria 1.1 en 1.2 en de onderlinge samenhang daartussen geen sprake is. De kwalitatieve gunningssystematiek is in de aanbestedingsstukken op transparante wijze verwoord en daarmee niet voor meerderlei uitleg vatbaar. Iedere behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver heeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter uit Bijlage I, bezien in samenhang met paragraaf 6.4.3 van de Aanbestedingsleidraad en het antwoord op vraag 16 in de Nota van Inlichtingen van 10 april 2024, kunnen en moeten begrijpen dat a) per kwaliteitscriterium een plan van aanpak werd verlangd, b) de bij kwaliteitscriterium 1 genoemde aandachtspunten en doelstellingen gelden voor zowel subcriterium 1.1 als subcriterium 1.2 en c) per subcriterium een score en een kwaliteitswaarde zouden worden toegekend. Dat de kwalitatieve gunningssystematiek ook daadwerkelijk voor alle inschrijvers duidelijk is geweest, wordt bevestigd door het feit dat geen van hen na de beantwoording van vraag 16 hierover nog vragen aan RWS heeft gesteld.”
Kwalitatieve gunningsmethodiek niet gebrekkig
“Op grond van de door RWS gekozen kwalitatieve gunningssystematiek dienden inschrijvers onder meer in hun plan van aanpak voor het kwalitatieve criterium ‘efficiënte werkprocessen’ SMART te onderbouwen hoe met de door hen geboden maatregelen en oplossingen op beide subcriteria wordt bijgedragen aan het verwezenlijken van de door RWS geformuleerde doelstellingen. Het enkele feit dat – zoals RWS in zijn beslissing van 17 september 2024 constateert – inschrijvers daarbij wisselend te werk zijn gegaan, in die zin dat sommigen van hen in hun plan van aanpak per subcriterium maatregelen en oplossingen hebben aangeboden en anderen hun maatregelen en oplossingen niet per subcriterium hebben uitgewerkt, rechtvaardigt niet de conclusie dat de kwalitatieve gunningssystematiek gebrekkig is.”
Consensus
“RWS kan evenmin worden gevolgd in zijn betoog dat de gunningssystematiek gebrekkig is omdat de inschrijvingen aan de hand van die systematiek niet eenduidig door de individuele beoordelaars konden worden beoordeeld. Dat betoog vindt geen steun in de feiten. Uit de voorlopige gunningsbeslissing van 4 juli 2024 blijkt immers dat het beoordelingsteam van RWS in staat is geweest om in consensus aan alle inschrijvers scores en kwaliteitswaarden toe te kennen op de te onderscheiden kwalitatieve (sub)criteria. Die scoretoekenning is bovendien van een motivering voorzien. Hieruit volgt dat het beoordelingsteam kennelijk in staat is gebleken om op voldoende objectieve en eenduidige wijze te beoordelen of de door inschrijvers aangeboden maatregelen en oplossingen op beide subcriteria bijdragen aan het verwezenlijken van de door RWS gestelde doelstellingen.”
Uit al het voorgaande volgt dat van het door RWS gestelde gebrek in de aanbestedingsprocedure geen sprake is. Dit betekent dat het RWS niet vrijstond om de aanbestedingsprocedure in te trekken.
(VdLC publishers/consultants BV, 5 februari 2024)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl