Rijksdienst voor Identiteitsgegevens: ontwikkelen met blockchain
De Nederlandse overheid stimuleert steeds meer de ontwikkeling en inkoop van digitale innovaties. Dat zijn innovaties waarbij inzet van digitale technologie een belangrijke drijfveer is. Denk hierbij aan kunstmatige intelligentie, blockchain en big data. Momenteel is de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) betrokken bij een digitale innovatie: de ontwikkeling van zelf-soevereine identiteit. RvIG-onderzoeker André de Kok: ‘De inkoper zorgt dat de onderzoeks- en inkoopfases goed op elkaar aansluiten.’ (februari 2021)
Praktijkvoorbeeld blockchain
Op dit moment werkt de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) aan onderzoek naar en ontwikkeling van zelf-soevereine identiteit. Dit is een innovatie die gebruikmaakt van blockchain technologie. Het idee van zelf-soevereine identiteit is dat burgers regie hebben over hun eigen gegevens/verklaringen.
Met een digitale identiteit en digitale portemonnee kunnen burgers hun gegevens/verklaringen zelf beheren en delen met organisaties of met andere personen. In essentie is deze digitale werkwijze te koppelen met alles waarvoor een identiteit nodig is. Achterliggend doel is het verbeteren en efficiënter maken van digitale dienstverlening.
Voor de ontwikkeling en implementatie van digitale technologie is met name de ‘triple helix’ samenwerking (tussen publieke en private organisaties en kennisinstellingen) fundamenteel. Inkopers kunnen de samenwerking tussen de verschillende partijen in een onderzoeks- en ontwikkeltraject faciliteren. Omdat het onderzoeksproces vaak lang duurt, is in één keer ontwikkelen en inkopen onmogelijk. Dat moet in fases gebeuren. De inkoper zorgt dat die fases goed op elkaar aansluiten.
Geleerde lessen en tips
- Zoek vroegtijdig de strategische samenwerking op met andere partijen. Begin niet alleen bij commerciële partijen. Werk ook samen met universiteiten, want zij hebben eveneens veel kennis qua technologische innovatie en staan open voor lange samenwerking.
- Maak helder wat de digitale verandering inhoudt en kan gaan betekenen. Doe dit voor burgers (door middel van user stories) en andere publieke organisaties die er belang bij kunnen hebben (maatschappelijk en economische meerwaarde).
- Voor een succesvolle implementatie is het een belangrijke voorwaarde dat de (digitale) innovatie makkelijk te gebruiken is. Zonder gebruiksgemak zijn personen minder snel overtuigd van het nut om er mee aan de slag te gaan.
‘Makkelijker dan ooit je gegevens/verklaringen beheren en delen. Digitaal, veilig en met betere bescherming van uw privacy. Dat is de digitale toekomst’, vertelt RvIG-onderzoeker André de Kok. ‘Door middel van blockchain technologie heeft iedere Nederlander straks grip op elk onderdeel van zijn identiteitsgegevens én de verklaringen over die gegevens.’ Aan de digitale identiteit zijn verklaringen te koppelen. Wie bijvoorbeeld een hypotheek wil aanvragen hoeft straks niet meer bij meerdere instanties verschillende verklaringen op te vragen, die aangeven dat hij/zij zich een hypotheek kan veroorloven. Met een digitale identiteit kun je eenvoudig en veilig gegevens delen: één klik op de knop volstaat. Je blijft zelf de controle houden en deelt nooit meer dan wat voor de transactie noodzakelijk is. Dus door deze digitale innovatie nemen administratieve handelingen flink af voor de burger, de overheid en het bedrijfsleven.
Efficiënter inrichten administratieve processen
Dat er behoefte is aan deze verandering, waarin de burger meer privacy en veiligheid krijgt, staat volgens De Kok vast. ‘Overheden willen hun administratieve processen efficiënter inrichten. En de burger wil meer zeggenschap over zijn persoonlijke gegevens. Een digitale identiteit kan deze behoefte vervullen.'
Nederland is op dit moment in de allereerste verkenningsfase van deze innovatie. 'We zijn aan het bekijken of zelf-soevereine identiteit een optie is. Als we dit gaan doen, moet de gebruiker centraal komen te staan. Er lopen diverse meerjarige ontwikkeltrajecten’, vertelt De Kok. ‘Die bevinden zich allemaal in de onderzoeksfase. De vraag is wat de beste manier is; hoe kan zo’n digitaal profiel optimaal geïntegreerd worden in het leven van burgers en binnen de werkwijzen van publieke organisaties? Wat is er bijvoorbeeld tactisch, bestuurlijk en politiek nodig? Daar richten onderzoekers zich nu op.’
Het onderzoek en de implementatie van zo’n veelomvattende innovatie komt alleen van de grond door de bijdrage van diverse partijen, benadrukt De Kok. Op dit moment zijn naast de Europese Commissie en een klein aantal publieke organisaties vooral kennisinstellingen betrokken bij onderzoekstrajecten. ‘De meeste kennis over deze technologie ligt vooralsnog bij hen’, zegt De Kok.
Laat fases aansluiten
‘Inkopers zijn net zo onmisbaar voor een goede verkenning van blockchain en digitale identiteit als kennisinstellingen’, aldus De Kok. ‘Inkopers kunnen bij de ontwikkeling van innovaties een goede rol spelen als procesbegeleider. Omdat het onderzoeksproces vaak lang duurt, is in één keer inkopen onmogelijk. Dat moet in fases gebeuren. De inkoper zorgt dat die fases goed op elkaar aansluiten.’
Voor gefaseerd inkopen zijn ook betrokkenheid en financiële dekking vanuit de directie nodig. ‘Er moet leiderschap zijn binnen een organisatie. Lef, durf en moed in woord en daad. Dan zal de inkoper veel meer de ruimte kunnen opeisen én inbouwen om van de implementatie een succes te maken.’
De Kok raadt inkopers aan om goed te begrijpen wat de technologie daadwerkelijk inhoudt én wat het kan gaan betekenen voor burgers en publieke organisaties. De kennis over blockchain en de toepassing van zelf-soevereine identiteit ligt momenteel vooral bij overheden en kennisinstellingen. Dit komt onder meer doordat de technologie zo vernieuwend is. De meeste burgers en organisaties zijn nog lerende over het bestaan en de werking hiervan. André de Kok: ‘Inkopers die innovatietrajecten faciliteren, helpen als procesbegeleider met allerlei reflecties. Iedereen heeft een bepaald beeld van de werkelijkheid, dus de verschillende beelden, reflecties en ervaringen zetten we naast elkaar. Zo komen we gezamenlijk dan weer verder.’
Investeer in samenwerking en heb oog voor de implementatie
De Kok ziet graag meer strategische samenwerking tussen inkopers en kennisinstellingen – in het bijzonder met universiteiten en bijvoorbeeld met TNO. ‘Het resultaat van dergelijke samenwerking is essentieel om de noodzakelijke eisen vast te stellen voor een eventuele landelijke invoering. Universiteiten verdiepen en verbreden hun kennis over deze technologie steeds meer. En ze gaan graag langdurige samenwerkingen aan met overheden en bedrijven.’ Volgens De Kok is het van belang om te focussen op langdurige samenwerkingsverbanden. Met daarbij het advies aan de inkoper om ook te investeren in de menselijke kant, want je gaat een relatie aan.
Heeft André de Kok meer adviezen? Inkopers moeten ook hun eigen kennis en inzichten delen, stelt hij. ‘Het inzicht dat gebruiksgemak belangrijk is voor succesvolle implementatie komt bijvoorbeeld van hen. Het gebruiksgemak is een belangrijke voorwaarde voor de toepassing van de innovatie. Zonder gebruiksgemak zullen de personen die er mee aan de slag moeten minder snel overtuigd zijn van het nut.’
De verwachting is dat de bekendheid van zelf-soevereine identiteit snel zal groeien. ‘De bekendheid is ook nodig om deze nieuwe service in heel het land succesvol te kunnen implementeren. Onderschat echter niet hoeveel communicatie nodig is om die bekendheid te creëren. Deze technologie is voor mensen vaak moeilijk te bevatten.’
Over zelf-soevereine identiteit en blockchain
Ontwikkeling van zelf-soevereine identiteit in Europa en in Nederland
EU-lidstaten kunnen zelf-soevereine identiteit gebruiken wanneer de Europese Commissie de juiste kaders heeft gegeven voor bijvoorbeeld nationale wet- en regelgeving. ‘Die kaders zijn in 2022 gereed’, vertelt De Kok.
Wanneer Nederland de technologie zal uitrollen? ‘Dat is nog niet te zeggen. We moeten eerst alle Europese eisen kennen en daaraan voldoen, bijvoorbeeld qua governance, technologie en wetgeving. Daarnaast moeten onze publieke organisaties niet alleen wíllen werken met zelf-soevereine identiteit, maar óók de capaciteit hebben om hun organisatie aan te passen aan de nieuwe technologie. Die verandercapaciteit heeft niet elke organisatie.’
Werken aan prototypes
Voordat de politiek een besluit neemt over implementatie brengt de RvIG de mogelijke voor- en nadelen in kaart. ‘Om dat mogelijk te maken werkt Nederland aan prototypes’, zegt De Kok. ‘Net als andere Europese landen, zoals België, Polen, Italië en Oostenrijk. Zij zijn hier al wel verder in dan wij, maar ook bij hen is nog niet duidelijk of én wanneer ze met zelf-soevereine identiteit van start gaan.’
In 2019 ontving TU Delft een vierjarige financiering van onder andere de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). De Kok: ‘TU Delft maakt in samenwerking met de RvIG een wetenschappelijke inschatting van de maatschappelijke gevolgen van een eventuele implementatie: op technologisch, ethisch en economisch vlak.’
Waarom blockchain
Blockchain technologie is een nieuwe digitale ontwikkeling. De technologie kan waardevol zijn voor het opslaan en delen van gegevens via een bepaalde digitale infrastructuur. Een blockchain is een gedecentraliseerde verzameling van data: een peer-to-peernetwerk zonder centrale partij. De data is niet aan te passen of te manipuleren zonder digitale goedkeuring van alle betrokkenen in het netwerk. Hierdoor wordt het gezien als een objectieve en vertrouwde dataomgeving voor administratieve processen over verschillende ketens.
De toegevoegde waarde van blockchain voor zelf-soevereine identiteit is het kunnen transporteren van waarde op een snelle en veilige manier. Alles in de normale, fysieke portemonnee van een burger vertegenwoordigt ook waarde: van een zorgpas tot een bioscoopabonnement.