Parket bij de Hoge Raad laat bestreden arrest over schade in stand (week 43)
Inkoopvoorwaarden | aansprakelijkheid
Deze zaak komt voort uit gebeurtenissen die in 2013 hebben geleid tot zeer ernstig lichamelijk letsel van een destijds elfjarige jongen, als gevolg van een explosie van een illegale vuurwerkbom. Het Parket bij de Hoge Raad stelt dat niet alleen de Gemeente, maar ook Unique aansprakelijk is jegens [betrokkene 2] en zijn ouders voor de door hen geleden schade. Dit brengt automatisch met zich dat de schade die is ontstaan als gevolg van de onrechtmatige gedragingen van [betrokkene 1] moet worden aangemerkt als ‘schade ontstaan door of in verband met de diensten’ in de zin van artikel 15 lid 2 van de algemene inkoopvoorwaarden. De slotsom luidt dat alle onderdelen falen en dat het bestreden arrest in stand kan blijven. (ECLI:NL:PHR:2024:1012, Parket bij de Hoge Raad, Datum uitspraak, 4 oktober 2024, Datum publicatie 24 oktober 2024)
Feiten en omstandigheden
Deze zaak komt voort uit dramatische gebeurtenissen die in 2013 hebben geleid tot zeer ernstig lichamelijk letsel van een destijds elfjarige jongen, als gevolg van een explosie van een illegale vuurwerkbom. De jongen had het zware vuurwerk gekregen van een dierenverzorger op een kinderboerderij, in ruil voor het ondergaan van seksueel misbruik. De dierenverzorger was door (een rechtsvoorganger van) Unique bij wijze van payrolling als uitzendkracht ter beschikking gesteld aan de Gemeente, die de kinderboerderij exploiteerde. De Gemeente heeft een vaststellingsovereenkomst met de ouders van de jongen gesloten, waarin de partijen zijn overeengekomen dat de Gemeente (althans haar aansprakelijkheidsverzekeraar) de door de jongen en zijn ouders geleden en nog te lijden schade als gevolg van de gebeurtenissen in 2013 volledig en tussentijds zal vergoeden. Voor zover in cassatie van belang gaat het in deze zaak om de schade die de Gemeente op grond van een met Unique overeengekomen vrijwaringsbeding op haar wil verhalen. De schade van de Gemeente bestaat uit de bedragen die zij (althans haar aansprakelijkheidsverzekeraar) aan de jongen en zijn ouders heeft uitgekeerd en nog zal uitkeren. Het hof heeft, anders dan de rechtbank, geoordeeld dat Unique op de contractuele grondslag aansprakelijk is voor de schade van de Gemeente. In cassatie komen ook de aanbesteding en inkoopvoorwaarden aan de orde. De procureur-generaal van de Hoge Raad zegt o.a.:
Met geen enkel tekstvoorstel akkoord
“Als inschrijvende partij in een aanbestedingsprocedure had Unique geen mogelijkheid om af te wijken van de door de Gemeente gestelde voorwaarden. De Gemeente kon als commercieel sterkste partij vasthouden aan de inhoud van haar algemene inkoopvoorwaarden. In dit verband onderstreept Unique dat de Gemeente zelf erkent dat zij met geen enkel tekstvoorstel van de deelnemende partijen aan de aanbesteding akkoord is gegaan. Dit brengt met zich dat artikel 15 zo beperkt mogelijk moet worden uitgelegd, aldus Unique.”
Algemene inkoopvoorwaarden
“Het in artikel 15 lid 2 van de algemene inkoopvoorwaarden vervatte vrijwaringsbeding luidt als volgt: De Leverancier zal de Gemeente Amsterdam vrijwaren voor alle aanspraken van derden in verband met schade ontstaan door of in verband met de Producten en/of Diensten. De bewoordingen van dit beding laten er geen misverstand over bestaan dat aansprakelijkheid van Unique in beginsel reeds ontstaat indien een derde (in dit geval [betrokkene 2] en zijn ouders) aanspraak maakt ‘in verband met schade ontstaan door of in verband met de diensten’. Zoals hiervoor is geoordeeld in verband met de aansprakelijkheid van de Gemeente krachtens artikel 6:170 BW is er een functioneel verband aanwezig tussen de onrechtmatige gedragingen van [betrokkene 1] en de uitvoering van de aan hem opgedragen taak.
Aansprakelijkheid
“Naar het oordeel van het hof is dat verband ook aanwezig waar het de aansprakelijkheid – jegens [betrokkene 2] en zijn ouders – betreft van Unique voor deze onrechtmatige gedragingen. [betrokkene 1] was immers ten tijde van die gedragingen op basis van een nadere overeenkomst tussen de Gemeente en Unique door Unique als uitzendkracht ter beschikking gesteld aan de Gemeente. Door het ter beschikking stellen van [betrokkene 1] aan de Gemeente voor de onderhavige taak is de kans op de onrechtmatige gedragingen van [betrokkene 1] vergroot (zie ook Hoge Raad van 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1345, rov. 3.4.4). Anders dan Unique betoogt, staat aan dit oordeel niet in de weg dat Unique ten aanzien van [betrokkene 1] slechts als formele werkgever had te gelden en ten aanzien van de omgang met mens en dier geen enkele instructiebevoegdheid had. Het is vaste rechtspraak dat de uitlener eerst dan niet aansprakelijk is voor de ter beschikking gestelde arbeidskracht indien hij kan aantonen dat hij ondanks het voortduren van het dienstverband geen enkele zeggenschap meer had uit hoofde van zijn rechtsbetrekking. Gesteld noch gebleken is dat Unique ‘geen enkele zeggenschap’ over wat dan ook had. Unique heeft zelf erkend dat zij bijvoorbeeld bevoegd was om een schorsing op te leggen. Het bestaan van zeggenschap bij de aansprakelijk gehouden partij over de vraag of en op welke momenten de persoon die onrechtmatig heeft gehandeld, werkzaamheden voor een bepaalde derde (in casu: de Gemeente) dient uit te voeren, is in beginsel toereikend voor de toepassing van de in artikel 6:170 lid 1 BW vereiste ondergeschiktheid (Hoge Raad van 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1345, rov, 3.4.2). Dit leidt tot de conclusie dat niet alleen de Gemeente, maar ook Unique op de voet van dit artikel aansprakelijk is jegens [betrokkene 2] en zijn ouders voor de door hen geleden schade. Dit brengt automatisch met zich dat de schade die is ontstaan als gevolg van de onrechtmatige gedragingen van [betrokkene 1] moet worden aangemerkt als ‘schade ontstaan door of in verband met de diensten’ in de zin van artikel 15 lid 2 van de algemene inkoopvoorwaarden.”
De slotsom luidt dat alle onderdelen falen en dat het bestreden arrest in stand kan blijven.
(VdLC publishers/consultants BV, 30 oktober 2024)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl