Beoordeling kwaliteitsvragen niet evident onjuist (week 7)
Beoordeling van de kwaliteit
Het ministerie van Economische Zaken (IUC-EZ), heeft een Europese openbare aanbesteding georganiseerd voor de opdracht “Tijdelijk inhuur van ICT-Professionals volgens het Detavast model”. StaffingNow is bericht dat de totaalscore voor haar antwoorden op de kwaliteitswensvragen lager ligt dan de minimaal vereiste 495 punten, zodat de inschrijving van StaffingNow niet meer is beoordeeld op het criterium ‘prijs’. De rechter zegt dat de door de beoordelingscommissie geuite kritiekpunten voor het overgrote deel de toets van begrijpelijkheid kunnen doorstaan. Dat het geheel door de beoordelingscommissie gewogen is, en als ‘slecht’ is beoordeeld, komt de voorzieningenrechter daarmee niet als evident onjuist voor. (ECLI:NL:RBDHA:2025:1895, Rechtbank Den Haag, Datum uitspraak 10 februari 2025, Datum publicatie 13 februari 2025)
Feiten en omstandigheden
Het Inkoop Uitvoering Centrum EZ, onderdeel van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken (IUC-EZ), heeft een Europese openbare aanbesteding georganiseerd voor de opdracht “Tijdelijk inhuur van ICT-Professionals volgens het Detavast model”. Tien partijen, waaronder StaffingNow, hebben ingeschreven op de aanbesteding. Onderdeel van de inschrijving betrof de beantwoording van drie kwaliteitswensvragen.
Bij brief van 13 november 2024 heeft het IUC-EZ StaffingNow geïnformeerd over haar voornemen om met 4 opdrachtnemers een raamovereenkomst te sluiten. StaffingNow is bericht dat de totaalscore voor haar antwoorden op de kwaliteitswensvragen lager ligt dan de minimaal vereiste 495 punten, zodat de inschrijving van StaffingNow niet meer formeel is beoordeeld op het criterium ‘prijs’. Aan de inschrijving van StaffingNow is daarom geen totale eindscore en rangorde toegekend. Wel is aan StaffingNow bekend gemaakt dat zij voor het criterium ‘prijs’ de maximale score van 100 punten zou hebben gekregen als zij de minimaal vereiste 495 punten had behaald voor beantwoording van de kwaliteitswensvragen. Op 25 november 2024 heeft StaffingNow het IUC-EZ geïnformeerd dat zij bezwaar maakt tegen de gunningsbeslissing in de aanbesteding. Zij heeft toegelicht dat uit de verstrekte motivering bij kwaliteitswensvraag 1 niet afgeleid kan worden waarom zij zo slecht heeft gescoord. StaffingNow heeft verder op diverse onderdelen uiteengezet waarom zij van oordeel is dat de beoordelingscommissie een beoordelingsfout heeft gemaakt die tot gevolg heeft dat de beslissing niet in stand kan blijven. StaffingNow heeft geconcludeerd dat sprake is van evidente inhoudelijke onjuistheden in de beoordeling, die maken dat de gunningsbeslissing niet deugdelijk is. Zij heeft het IUC-EZ verzocht de gunningsbeslissing in te trekken en, voor zover hij nog tot gunning wenst over te gaan, de raamovereenkomst mede aan haar gunt (al dan niet na een herbeoordeling). Het IUC-EZ heeft StaffingNow laten weten bij zijn gunningsbeslissing te blijven. StaffingNow vordert de Staat te verbieden de raamovereenkomst met betrekking tot de opdracht: “Tijdelijk inhuur van ICT-Professionals volgens het Detavast model” aan de thans geselecteerde partijen te gunnen. Het oordeel van de rechter:
Kritiekpunten kunnen toets van begrijpelijkheid doorstaan
“De toegekende score van de inschrijving van StaffingNow betreft een samenstel van de aspecten volledig/compleet, relevant, concreet, effectief en toetsbaar. Deze loopt langs de lijn van de logische redenering. De door de beoordelingscommissie geuite kritiekpunten kunnen voor het overgrote deel de toets van begrijpelijkheid doorstaan. Dat het geheel door de beoordelingscommissie gewogen is, en als ‘slecht’ is beoordeeld, komt de voorzieningenrechter daarmee niet als evident onjuist voor.”
Beoordeling van een concurrent
“Het is verder weliswaar opvallend dat uit de door StaffingNow overgelegde beoordeling van een concurrent volgt dat deze bij Kwaliteitsvraag 1 het cijfer 4 (matig) heeft gekregen, terwijl de door de beoordelingscommissie gegeven kritiekpunten in stevigere bewoordingen zijn aangezet, maar daaruit kan niet afgeleid worden dat de beoordeling van StaffingNow gunstiger zou moeten uitvallen, laat staan dat deze als ‘voldoende’ beoordeeld moet worden. De beoordeling van de inschrijving van derde partij ligt in dit kort geding niet voor. “
Onzorgvuldigheid te gering
“Ook als aangenomen moet worden dat sprake is van een onzorgvuldigheid in de beoordeling van deze partij omdat de beoordelingscommissie bij de beoordeling van een deelvraag heeft genoemd dat het woord “schaarste” daarin niet terugkomt, terwijl dat wel het geval was, dan geldt dat hierin geen rechtvaardiging gevonden kan worden voor een gunstigere beoordeling van StaffingNow, of voor een herbeoordeling door een nieuwe beoordelingscommissie. Daarvoor is de beweerdelijke onzorgvuldigheid te gering, nog daargelaten dat deze niet afdoet aan de beoordeling van StaffingNow. De slotsom luidt dan ook dat het primair gevorderde, de vordering om de Staat te verbieden de opdracht aan de geselecteerde partijen te gunnen en dat hem wordt geboden de aanbesteding opnieuw te laten beoordelen, zal worden afgewezen.”
(VdLC publishers/consultants BV, 19 februari 2024)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl